Oost NL helpt Hippotainer van businessplan tot eerste stappen op de internationale markt

Hoe kun je duurzaam en vooral verticaal landbouw bedrijven?

Jort Maarseveen, CEO en medeoprichter Hippotainer: ‘Wij telen diverse soorten bladgroenten, kruiden en jonge zaailingen verticaal in zeecontainers. De temperatuur en luchtvochtigheid binnenin de container sturen we via Controlled Environment Agriculture (CEA). Mijn medeoprichter Tijmen Blok en ik ontwikkelen dit soort voedselproductiesystemen voor locaties waar voedsel produceren normaal gesproken niet mogelijk is. Denk aan oorlogssituaties, een plek waar een natuurramp heeft plaatsgevonden, afgelegen eilanden of de woestijn.’

Welke maatschappelijke impact heeft dit?

Wibo van Wier, senior projectmanager trade bij Oost NL: ‘Hippotainer laat zien dat voedsel produceren ook op andere manieren mogelijk is. Dat inzicht hebben we als maatschappij hard nodig om door de volgende fase van de voedseltransitie te komen. We lopen tegen de grenzen aan van een groei die lang geleden is ingezet. Zeer intensieve landbouw en monoculturen zijn niet meer de oplossing. De wereldbevolking groeit en het klimaat verandert. We moeten openstaan voor innovatie, ook op het gebied van voeding en technologie. Hippotainer heeft een heel nieuw concept ontwikkeld en laat zien dat we op veel meer plekken voedsel kunnen produceren dan we tot nu toe dachten.’

Maarseveen: ‘Een groot deel van de wereld heeft geen toegang tot voldoende goede en gezonde voeding, mede als gevolg van klimaatverandering. We hebben dus klimaatadaptieve landbouw nodig. Door te telen in zeecontainers kunnen we dat decentraal doen, dicht bij de gebruikers. Uit één container komen wel duizend kroppen sla per week.’

Hoe helpt Oost NL Hippotainer?

Van Wier: ‘Oost NL ondersteunt innovatieve start-ups die het verschil maken in de wereld. Daarom helpen we Hippotainer nu eerst met business development om de internationale strategie te bepalen en om het bedrijf verder door te ontwikkelen. Hierna zal investering in het bedrijf nodig zijn om te kunnen opschalen.’

 'Reguliere investeerders en banken zijn huiverig in deze fase. De technologie is nog onvoldoende doorontwikkeld en het businessplan is nog niet compleet. In die fase kan Oost NL het verschil maken, door wél een stapje vooruit te zetten. En als Oost NL instapt, werkt dat als een hefboom voor andere investeerders. Zij weten dat het huiswerk is gedaan en dat de grootste risico’s zijn gedekt en doorgenomen.’

 Maarseveen: ‘Oost NL heeft ons als startende onderneming zonder meer behoed voor mogelijke fouten. We hadden bijvoorbeeld nog niet de juiste focus en waren met te veel verschillende dingen tegelijkertijd bezig. Horen wat je niet goed doet, is niet altijd leuk – maar wel het meest leerzaam. Dankzij Oost NL hebben we meegedaan aan het Business Innovation Program Food: een ontwikkelingsprogramma speciaal voor start-ups in food, dat je klaarstoomt voor een investeringsfase. Hierdoor ligt er nu een gedegen businessplan. Ook zijn we in contact gebracht met het Business Angels-netwerk van Oost NL. We weten nu waar we terecht kunnen met een specifieke coach– of investeringsvraag.’

Hoe bevalt de samenwerking?

Maarseveen: ‘Soms heb je al veel aan kleine adviezen. Wibo gaf ons bijvoorbeeld de tip om een pop-up op onze website te plaatsen, zodat mensen meer informatie kunnen aanvragen en wij in beeld krijgen wie onze potentiële klanten zijn. Daar zouden we zelf nooit aan hebben gedacht. Binnen het BIPF-programma hebben we ook een consistentiescan gemaakt, waardoor we leerden dat de verschillende pilaren onder je bedrijf tegelijkertijd moeten groeien. Je kunt je bijvoorbeeld niet alleen op productontwikkeling richten, je moet óók aan je financiering denken. Het is fijn dat Oost NL meedenkt over hoe we zaken prioriteren. Dat mensen met zoveel ervaring en een groot netwerk over je schouder meekijken, is enorm waardevol en geeft veel vertrouwen.’