Al vijftig jaar maakt onze geschiedenis de toekomst.
Van GOM en OOM naar Oost NL

De regionale economie versterken. Dat doet ontwikkelingsmaatschappij Oost NL in 2025 alweer 50 jaar. Wat begint om de werkloosheid terug te dringen, draait tegenwoordig om het ontwikkelen van een sterke economie met oplossingen voor maatschappelijke uitdagingen. Oost NL dook in haar geschiedenis en dat resulteert in dit overzicht van 5 decennia, met ieder hun eigen uitdagingen en kansen.
Na de Tweede Wereldoorlog is Nederland gericht op wederopbouw. De motor van de economie, de Randstad, krijgt de volle aandacht. Dat levert drukte in de Randstad op, echter ook de regio’s worden uitgedaagd om hun schouders eronder te zetten. Met die gedachte richt het Rijk in de jaren zeventig de eerste regionale ontwikkelingsmaatschappijen van ons land op. De keuze voor de gebieden is gebaseerd op het gas dat boven Groningen te vinden is (NOM), de mijnbouw in Limburg (LIOF) en de teruglopende industrie in Oost-Nederland (OOM en GOM).
Oost-Nederland is vandaag de dag, anno 2025, een Europese broedplaats voor innovatie op het gebied van duurzame voeding, slimme energie, toegankelijke gezondheidszorg en een sterke industrie. Door de krachten te bundelen met bedrijven en kennisinstellingen zet de regio zowel nationaal als internationaal de toon in technologische vooruitgang en maatschappelijke impact. Met andere woorden, zo maakt Oost NL al vijftig jaar met onze geschiedenis, de toekomst.
De regionale economie versterken. Dat doet ontwikkelingsmaatschappij Oost NL in 2025 alweer 50 jaar. Wat begint om de werkloosheid terug te dringen, draait tegenwoordig om het ontwikkelen van een sterke economie met oplossingen voor maatschappelijke uitdagingen. Oost NL dook in haar geschiedenis en dat resulteert in dit overzicht van 5 decennia, met ieder hun eigen uitdagingen en kansen.
Na de Tweede Wereldoorlog is Nederland gericht op wederopbouw. De motor van de economie, de Randstad, krijgt de volle aandacht. Dat levert drukte in de Randstad op, echter ook de regio’s worden uitgedaagd om hun schouders eronder te zetten. Met die gedachte richt het Rijk in de jaren zeventig de eerste regionale ontwikkelingsmaatschappijen van ons land op. De keuze voor de gebieden is gebaseerd op het gas dat boven Groningen te vinden is (NOM), de mijnbouw in Limburg (LIOF) en de teruglopende industrie in Oost-Nederland (OOM en GOM).
Oost-Nederland is vandaag de dag, anno 2025, een Europese broedplaats voor innovatie op het gebied van duurzame voeding, slimme energie, toegankelijke gezondheidszorg en een sterke industrie. Door de krachten te bundelen met bedrijven en kennisinstellingen zet de regio zowel nationaal als internationaal de toon in technologische vooruitgang en maatschappelijke impact. Met andere woorden, zo maakt Oost NL al vijftig jaar met onze geschiedenis, de toekomst.
1975
1985
1995
2005
2015
2025
De beginjaren
De beginjaren
De beginjaren

Van regio in crisis naar broedplaats voor innovatie
Vijftig jaar geleden staat Oost-Nederland er slecht voor. De textielindustrie in Twente en schoenenfabrieken in Nijmegen sluiten hun deuren. Ook de industrie van Deventer, Kampen en de Gelderse Achterhoek zit in zwaar weer. Duizenden mensen verliezen hun baan en de werkloosheid loopt hoog op.
Er móet iets gebeuren en dus grijpt de overheid in. In 1975 richten het Rijk en de provincie Overijssel samen de Overijsselse Ontwikkelingsmaatschappij (OOM) op. Een paar jaar later volgt de Gelderse Ontwikkelingsmaatschappij (GOM, 1978). Hun missie is de regio uit de crisis helpen en klaarstomen voor de toekomst. Een toekomst waarin mensen niet thuiszitten, maar werk hebben. In het jaarverslag van OOM (1975-1976) zegt mr. J.L.M. Niers, Commissaris van de Koningin: ‘De instelling van de Overijsselse Ontwikkelings Maatschappij is de vrucht van een politieke wil en een economische nood.’
Ook Europa ziet het belang van het versterken van deze regio. Met Europese steun wordt Oost-Nederland beter bereikbaar; er worden nieuwe (snel)wegen en spoorlijnen aangelegd. Zo buigt de regio het instorten van de economie om naar een kans om een nieuwe koers te varen: van regio in crisis naar broedplaats voor innovatie.
Met de oprichting van regionale ontwikkelingsmaatschappijen - OOM en GOM - is Oost-Nederland haar tijd vooruit; regionale ontwikkelingsmaatschappijen zijn in de jaren zeventig nog een relatief nieuw fenomeen.
Samenwerking tussen ontwikkelingsmaatschappijen in het land is er al snel: OOM gaat in mei 1978 samen met LIOF naar de internationale bedrijfshuisvestingsbeurs in Bazel. Dit soort uitstapjes werken; Oost-Nederland komt op de kaart te staan. In 1980 komt voor OOM de eerste 10 miljoen gulden beschikbaar voor risicodragend deelnemen in innovatieve projecten van met name de kleinere ondernemingen. De eerste investeringen in bedrijven, vanuit OOM en GOM, volgen in respectievelijk 1982 en 1983.






Focus op innovatie en automatisering
Focus op innovatie en automatisering
Focus op innovatie en automatisering

Focus op innovatie en automatisering
In de jaren tachtig en begin jaren negentig plukt Oost-Nederland de vruchten van de ontwikkelingsmaatschappijen OOM en GOM. De investering in innovatie en automatisering is zichtbaar. Er ontstaan nieuwe bedrijven die zich daarmee bezighouden. En werknemers doorlopen omscholingstrajecten die hen de kennis geven om binnen die bedrijven aan de slag te kunnen.
Ook de maakindustrie in Oost-Nederland groeit door, maar wel met een focus op vernieuwing en kwaliteit. Op deze manier kan de regio concurreren met lagelonenlanden.
Beide ontwikkelingsmaatschappijen van Oost-Nederland krijgen begin jaren ‘90 meer zelfstandigheid; het financieringsbedrijf van GOM wordt in 1990 verzelfstandigd en OOM krijgt in 1991 een eigen participatiefonds. Met initiatieven zoals het Linnaeusfonds, het Hanzefonds en internationale programma's zoals het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) boeken beide ontwikkelingsmaatschappijen parallel aan elkaar resultaten. Hun gemeenschappelijke visie en werkwijze vormen aanleiding om te gaan samenwerken. In 1993 en 1994 wordt de samenwerking tussen GOM en OOM steeds intensiever, met een focus op strategische acquisitie en gezamenlijke projecten.
Werkloosheid blijft een urgent thema. In de regio Arnhem-Nijmegen is in die tijd 25% werkloos. Daarom wordt in 1994 Eskan opgericht, die in de jaren ‘90 academici en hbo’ers omschoolt naar de ICT, innovatieprojecten voor het mkb start en investeert in incubators voor startende bedrijven.





Globalisering door digitalisering
Globalisering door digitalisering
Globalisering door digitalisering

Globalisering door digitalisering
De periode 1995-2005 is een tijd van economische groei, technologische vooruitgang en globalisering. In de late jaren ‘90 groeit de economie sterk en is er veel aandacht voor kennisontwikkeling en technologie. De opmars van het internet zorgt voor een verschuiving naar kennisintensieve sectoren. Overijssel investeert bijvoorbeeld in ICT-clusters en callcenters, terwijl Gelderland zich richt op medische technologie en voeding.
Rond de eeuwwisseling wordt de economie minder stabiel door de nasleep van de ‘dotcom-crisis’ en internationale gebeurtenissen zoals 9/11. Dit leidt tot terughoudendheid bij investeerders en bedrijven. Maar ondanks deze turbulente tijd met economische schommelingen, weet Oost-Nederland een sterke infrastructuur op te bouwen voor de toekomst.
In diezelfde periode introduceert de EU de Lissabon-agenda, waarin regio’s zoals Oost-Nederland niet langer als achterstandsgebieden worden gezien, maar als essentiële spelers in de Europese kenniseconomie. Dit stimuleert regionale samenwerking en vergemakkelijkt de toegang tot Europese fondsen voor innovatie.
Rond 2000 beginnen OOM, GOM en Eskan tegen de regiogrenzen aan te botsen. De Europese Unie dijt uit en daarmee schaalt het begrip regio op. In 2003 fuseren GOM en OOM tot Oost NV, met PPM Oost als participatiebedrijf; in 2004 sluit Eskan aan. Oost NV investeert in technologie, bedrijventerreinen en clusters zoals Kennispark Twente, Foodvalley en Health Valley.
Een mijlpaal is het open glasvezelnetwerk tussen Enschede en Hengelo (2001), verbonden via NDIX. Door deze inspanningen groeit Oost-Nederland uit tot een innovatief knooppunt met duizenden banen en miljarden aan investeringen.





De kredietcrisis vraagt om veerkracht
De kredietcrisis vraagt om veerkracht
De kredietcrisis vraagt om veerkracht

De kredietcrisis vraagt om veerkracht
En dan, als Oost-Nederland net als de rest van Nederland floreert, is daar in 2007 plots de kredietcrisis. De lift waar we in zitten, stort naar beneden. Markten klappen in, bedrijventerreinen staan leeg, bedrijven worstelen om te overleven en de regionale focus verschuift noodgedwongen van innovatie naar behoud van banen. Werkgevers moeten redden wat er te redden valt.
Na de crisis zijn de naweeën nog lang voelbaar; hoewel de crisis medio 2011 ten einde komt en het consumentenvertrouwen weer groeit, worden tot en met 2019 bijvoorbeeld slechts spaarzaam enkele hectaren bedrijventerrein verkocht in Oost-Nederland.
Juist in deze uitdagende tijd toont de regionale ontwikkelingsmaatschappij haar veerkracht. Bedrijven die het moeilijk hebben, maar toekomstbestendig zijn, zijn geschikt voor participatie door PPM Oost. Oost NV versterkt het ondernemersklimaat door kapitaal, talent en innovatie te verbinden. Dit stimuleert ecosystemen waarin bedrijven excelleren. Sectoren als Agro-Food, Life Sciences & Health en High Tech helpen Oost-Nederland de crisis achter zich te laten. Met meer dan 2 miljard euro aan investeringen en fondsen als Topfonds Gelderland en Innovatiefonds Overijssel wordt een duurzame economische toekomst gebouwd.



Een sterke regio
Een sterke regio
Een sterke regio

Een sterke toekomstgerichte regio
In 2016 laten Gelderland en Overijssel de economische positie van Oost-Nederland onderzoeken in het rapport De kracht van Oost-Nederland. De focus ligt op Food, Health en Tech, later aangevuld met Energy.
Het rapport is nog niet verschenen, of COVID-19 dringt Nederland binnen. Een gezondheidscrisis met grote economische gevolgen. De overheid komt met steunmaatregelen, die door de regionale ontwikkelingsmaatschappijen (ROM’s) worden uitgevoerd. De Corona OverbruggingsLening (COL) bijvoorbeeld. Bijzonder aan de coronacrisis is dat bedrijven tijdens deze crisis vooruítkijken; in 2 jaar tijd is de hele bedrijventerreinenvoorraad in Oost-Nederland verkocht.
In 2017 fuseren Oost NV en PPM Oost tot Oost NL. Vanaf 2018 verschuift de focus van puur economisch naar maatschappelijke impact, met aandacht voor duurzame energie, betaalbare zorg en gezond voedsel. Tijdens de coronacrisis leidt dit tot innovatieve oplossingen, zoals herbruikbare medische schorten met TenCate Protective Fabrics.
Oost NL combineert maatschappelijke impact met verdienvermogen. Met investeringen tot 290 miljoen euro per jaar en initiatieven als Think East Netherlands en AI-hub Oost-Nederland speelt het een sleutelrol in de regio.









50 jaar Oost NL
50 jaar Oost NL
50 jaar Oost NL

50 jaar Oost NL
Door al 50 jaar onze krachten te bundelen met ondernemers, kennisinstellingen en overheden zet Oost-Nederland zowel nationaal als internationaal de toon in technologische vooruitgang en maatschappelijke impact.
Zo maakt al vijftig jaar onze geschiedenis, de toekomst.
Onze toekomstmakers
Meer weten over de inspirerende verhalen van de ondernemers in onze regio? Lees hier hoe ondernemers met onze ondersteuning uitdagingen overwinnen, groei realiseren en innovatie omzetten in impact.


